Het Nederlandse leger had in 1940 vrijwel geen tanks, maar moest zich wel voorbereiden op ‘vechtwagens’ van de tegenstander. Daarvoor werd modern pantserafweergeschut besteld; deze 386 stukken kregen een plek op strategische plaatsen in linies en forten. In het fort aan de Buursteeg zijn op twee plaatsen de betonnen wanden van onderkomens teruggevonden, waar dergelijk geschut heeft gestaan.

Eén van de twee posities is weer zichtbaar gemaakt met hulp van defensie en de Stichting Grebbelinie. Het schietgat kijkt uit op de spoorlijn en de Klompersteeg, waar de vijand werd verwacht. Van een ander onderkomen werden drie betonnen elementen aangetroffen, deze zijn aan de noordzijde neergelegd, dicht bij de oorspronkelijke positie.

Tijdens rondleidingen wordt o.a. verteld wat de bemanning van de onderkomens meemaakte tijdens de meidagen van 1940. Deze informatie komt uit de archieven (o.a. NIMH), maar ook uit ooggetuigenverslagen van mensen die het Grebbelinie Bezoekerscentrum bezoeken en de oorlog hebben meegemaakt, of de directe nakomelingen daarvan. Het Grebbelinie Bezoekerscentrum wordt veel bezocht door de families van de 50.000 militairen die in de Grebbelinie dienden.
Wilt u ook iets delen met het bezoekerscentrum? Neem contact op via het contactformulier.